Hoe je met een horloge rond jouw pols pijnpatiënten in heel België kan helpen
Met heel wat medische apps en toestellen kan je je gezondheid beter opvolgen als patiënt. Het zorgteam kan je daardoor een behandeling geven die volledig op jouw maat is. Maar wist je dat je met je app of toestel ook anderen kunt helpen?
Verschillende medische apps en toestellen verzamelen data over jouw gezondheid als patiënt. Denk bijvoorbeeld aan bloedsuikerwaarden of hartslaggegevens. De monitoring van die gegevens biedt jou en de zorgverleners rondom je een beter inzicht in je gezondheidstoestand – meten is nu eenmaal weten. En dat betere inzicht helpt uiteindelijk om je een behandeling op maat te geven.
Daar hoeft het verhaal evenwel niet te eindigen. Medische apps en toestellen kunnen ook ánderen helpen, mensen die de app of het toestel helemaal niet gebruiken. De informatie die we ermee verzamelen, kunnen we namelijk ook inzetten om ándere patiënten meer op maat te behandelen.
Maar hoe krijg je dat voor elkaar? Een uitvinder, een arts en een expert op het vlak van gezondheidsdata gingen erover in gesprek aan de hand van een concreet voorbeeld: Dolox, een slim horloge waarmee je als patiënt pijn kan registeren.
- Maxim Desmet is pas afgestudeerd als podoloog aan Arteveldehogeschool (Gent) en één van de uitvinders van Dolox
- Koen Lauwers is diensthoofd van het Pijncentrum van AZ Klina
- Wouter Van den Bosch is manager van het programma “Artificial Intelligence Health & Life Sciences” bij onderzoeksinstelling imec
Dolox in een notendop
Wat? Dolox is een slim horloge waarmee je als pijnpatiënt eenvoudig pijn kan registreren, zonder dat je daar digitale vaardigheden voor nodig hebt. Het toestel bundelt al deze gezondheidsdata voor de zorgverleners, zodat zij meer inzicht krijgen in de evolutie van je pijn en ze je beter op maat kunnen behandelen.
Waarom? Digitale tools kunnen een enorme hulp betekenen voor patiënten en zorgverleners, maar niet elke patiënt kan er zomaar mee overweg. Dolox zorgt dat je ook zonder digitale skills pijn digitaal kan registreren.
Hoe? Het horloge vraagt driemaal per dag om je pijnniveau te registreren op een schaal van 1 t.e.m. 10. Dat doe je met een eenvoudige draai- en drukknop. Je krijgt ook een aantal vragen (bijv. over het soort pijn, de plaats van de pijn, de medicatie die je al dan niet inneemt…) die je kan beantwoorden via de micro in het horloge. De antwoorden worden opgenomen en aan het zorgteam bezorgd.
Waar vind ik een Dolox-horloge? Vandaag nog nergens, maar de bedoeling is dat daar verandering in komt. De oplossing komt voort uit de schoot van het Gentse 'labo' Comon. Dolox begon bij een idee. Een groep Gentse studenten uit verschillende richtingen puurde dat idee uit tijdens een Maakmarathon. Daarna ontwikkelde een divers team van uitvinders een prototype tijdens een Miniproeftuin. Ondertussen heeft een ontwikkelaar uit Gent het allereerste “echte” Dolox-horloge gemaakt. Dat is momenteel enkel beschikbaar voor tests.
Laat ons beginnen bij het begin. Wat kan Dolox betekenen voor een patiënt?
Maxim (Dolox): Dolox is een smartwatch, een slim horloge, waarmee je als patiënt eenvoudig de pijn kan registreren die je ervaart. Er bestaan al digitale oplossingen voor continue pijnregistratie, maar je moet met digitale technologie overweg kunnen om die te gebruiken. Anders val je uit de boot. Daarom willen wij een digitaal instrument op de markt brengen dat je ook zónder enige digitale vaardigheden kan gebruiken.
Koen (AZ Klina): Via Dolox zouden we als Pijncentrum info krijgen over het type en de hoeveelheid pijn die een patiënt ervaart op verschillende momenten. Dat laat toe om een behandeling beter af te stemmen op de realiteit van de patiënt.
Koen (AZ Klina): Via het horloge kan de patiënt ook aangeven of hij of zij medicatie neemt. De bedoeling is dat je in de toekomst ook kan aangeven wélke medicatie je neemt. Dat zou enorm waardevol zijn, want wat een patiënt zich tijdens een consultatie herinnert over medicatie, klopt niet altijd. Je zou ook een algoritme kunnen ontwikkelen dat de data over het medicatiegebruik automatisch verwerkt: wanneer nam de patiënt medicatie, welke medicatie, in welke dosis, was zijn of haar pijnniveau hoog of laag op dat moment, etc.
Wouter (imec): En zo komen we bij onze focus: gezondheidsdata. Met ons programma rond Public Health en Artificiële Intelligentie in zorg en welzijn, willen we gezondheidsdata die vandaag bij overheden, ziekenhuizen maar ook bij individuele mensen zitten opgesloten, eerst op een veilige manier helpen ontsluiten. Om er vervolgens informatie uit te halen waarmee we het leven van tientallen, honderden, duizenden andere patiënten kunnen verbeteren.
Dat kan bijvoorbeeld zijn doordat we een gezondheidsprobleem beter kunnen voorspellen en er dus beter op kunnen anticiperen. Of doordat we een ziekte in een vroeger stadium kunnen detecteren en we dus sneller een behandeling kunnen opstarten. Dankzij de gegevens van zoveel mensen kunnen we patronen zien die we anders niet zouden zien. Het goede nieuws is dat we vandaag al enorm veel gezondheidsdata hébben waarmee we zorg kunnen verbeteren. Maar data zijn “passieve” puzzelstukken. Om de puzzel te kunnen leggen, heb je mensen, middelen en duidelijke afspraken nodig.
Als we jouw verhaal toepassen op Dolox, Wouter, zie jij dan mogelijkheden?
Wouter: Zeker. Veel mensen denken bij gezondheidsdata aan ziekenhuizen of overheden. Dat is logisch, want het zijn grote instanties die over enorme hoeveelheden gegevens beschikken omdat ze instaan voor de zorg van zoveel mensen.
Maar de meeste data waarover ze beschikken, zijn een momentopname gemaakt tijdens een bezoek aan de arts of het ziekenhuis. De ervaringen van de patiënt thuis zitten niet vervat in die gegevens. Noem het een 'blinde vlek'. En dat is net wat initiatieven als Dolox zo boeiend maken. Ze verzamelen voortdurend data in plaats van via momentopnames. Zo bieden ze een gedetailleerder beeld van de gezondheid en de ervaring van de patiënt, en dat kan inzichten opleveren om de levenskwaliteit van mensen verder te verbeteren.
Neem het voorbeeld van Dolox: een patiënt gaat naar huis met het horloge en begint gegevens te registreren, die data worden ergens verzameld, de pijnkliniek of een andere zorginstelling krijgt er toegang toe en het zorgteam kan met behulp van die info de patiënt beter ondersteunen. Als je de gegevens van veel patiënten met een Dolox-horloge samenbrengt, kan je er ook interessante inzichten uit halen voor nieuwe soorten behandelingen, afgestemd op specifieke groepen. En dat opent de deur naar een datagedreven gezondheidsbeleid.
Zo’n datagedreven gezondheidsbeleid, wat moeten we ons daarbij voorstellen?
Wouter: Laat me beginnen met te zeggen wat het níet is: een datagedreven gezondheidsbeleid is géén “koud” beleid. Sommige mensen vrezen dat de zorg onpersoonlijker zal worden door het gebruik van data. Niets is minder waar. Data kunnen ons net helpen om mensen gerichter en persoonlijker te behandelen.
Met imec helpen we de Vlaamse overheid vandaag bij een project rond datagedreven population health management, anders gezegd, het zo goed mogelijk “beheren” van de gezondheid van een hele groep burgers met behulp van data. Dat betekent niet dat de overheid jouw en mijn persoonlijke gezondheidsdata kan inkijken. Ze ontvangt wel gebundelde data van hele groepen patiënten, zonder te weten welke data van wie komen.
Uit die gegevens komen inzichten naar voren. Het kan bijvoorbeeld zijn dat personen met een bepaalde chronische ziekte vaker naar een pijnkliniek stappen, dat vrouwen beter reageren op een behandeling dan mannen, noem maar op. Die inzichten kan de overheid vervolgens gebruiken om haar gezondheidsbeleid op te baseren.
Koen: Zo’n datagedreven beleid biedt inderdaad belangrijke kansen om de zorg te verbeteren. Maar alles staat of valt natuurlijk met een goede registratie van kwalitatieve data. En die taak komt op onze schouders terecht, die van de zorgverleners.
Om het effect van een behandeling te kunnen bepalen, moeten we bijvoorbeeld elke patiënt die een behandeling krijgt contacteren om na te gaan hoe de pijn evolueert. Als we zoiets handmatig moeten doen, kost ons dat enorm veel tijd. Mochten we daar een toestel als Dolox voor kunnen gebruiken, dan komt er kostbare tijd vrij, bijvoorbeeld voor een langer gesprek met de patiënt.
Maxim: En zo is de cirkel rond en zijn we weer bij Dolox beland (lacht). Wij hebben Dolox ontwikkeld om het leven van individuele pijnpatiënten te verbeteren. Maar nu ik dit verhaal hoor, wordt het duidelijk dat we er nog veel meer mee kunnen doen. Dat opent absoluut perspectieven voor de toekomst!
Aan start-ups die werken rond digitale tools voor patiënten: durf verder te kijken dan de individuele patiënten die je tool gebruiken. De data die je verzamelt met je oplossing, kunnen ook ziekenhuizen, overheden en zo andere patiënten vooruithelpen.
Aan burgers: het hele dataverhaal lijkt misschien een ver-van-je-bedshow maar kan wel degelijk een groot verschil maken voor jou. Hoe? Dankzij de data van anderen krijg jij misschien een betere behandeling in het ziekenhuis of kan je een aandoening voorkomen.
Wie of wat is Comon? Comon is een initiatief van, met en voor Gentenaars. Het pakt maatschappelijke uitdagingen aan met technologie als deel van de oplossing. Momenteel ligt de focus op “verstaanbare zorg voor alle Gentenaars”. Dolox is echter één van de oplossingen die zorg beter verstaanbaar moet helpen maken voor iedereen.